Tekst |Theo van Oeffelt | Beeld Fotografie Rappange & Partners Architecten - BART JAN Vakmanschap Onderwater, Artis

Vakmanschap

Voorafgaand aan de renovatie en restauratie van het Apen- en Vogelhuis in Artis moet eerst de fundering van beide gebouwen worden hersteld. De heipalen worden niet met het kenmerkende gedreun de grond ingeslagen, maar trillingvrij naar beneden gedraaid om mogelijke schade aan de monumenten en overlast voor dieren en publiek tot een minimum te beperken.

‘Bij een restauratie heb je natuurlijk altijd met het gebouw zelf, de gebruiker, de opdrachtgever en tal van instanties te maken’, vertelt Ad Langedijk, hoofduitvoerder bij BK Bouw. ‘Maar nu hebben we ook rekening te houden met heel bijzondere buren, zoals kamelen en olifanten’. Dat zijn de buren van het Apenen Vogelhuis van Artis, dat door BK Bouw, in samenwerking met Rappange & Partners Architecten, wordt gerestaureerd. Eerder was dit bouwbedrijf verantwoordelijk voor de restauratie van het gebouw De Volharding, waarin de kantoren van Artis zijn ondergebracht.

Grootschalige vernieuwing

Natura Artis Magistra, zoals de Amsterdamse dierentuin voluit heet, werkt aan een omvangrijke vernieuwing. Die moet leiden tot meer ruimte voor dieren en planten, tot meer mogelijkheden voor educatie en dient meer recht te doen aan het gebouwde monumentale erfgoed. De ingrepen vinden vooral plaats in twee hoeken van Artis, waarvan één bij het Apen- en Vogelhuis. Om bovengronds ruimte te creëren voor nieuwe dierenverblijven en uitbreiding van het groen gaat het aangrenzende parkeerterrein ondergronds. Voordat deze parkeerkelder gebouwd kan worden, dienen de funderingen van het Apenen Vogelhuis te worden vervangen. Tegelijk worden de beide monumenten geheel gerestaureerd. Het Apenhuis, een rijksmonument, en het met een gemeentelijke monumentenstatus gesierde Vogelhuis zijn ontworpen door architect B.J. Ouëndag en in twee fasen gebouwd; het Apenhuis in 1909 en het Vogelhuis in 1910. In de jaren vijftig, zeventig en tachtig van de vorige eeuw zijn de gebouwen verscheidene malen verbouwd, waardoor uiteindelijk van de oorspronkelijke ontwerpen weinig meer is overgebleven. Corné Kwakernaak, adjunct-directeur van BK Bouw, schetst de opgave: ‘Het casco van de gebouwen wordt hersteld, van een nieuwe fundering voorzien en teruggebracht naar hun oorspronkelijke vorm en detaillering. Het ontwerp van de nieuwe verblijven is enerzijds gebaseerd op de originele tekeningen en anderzijds op de huidige wet- en regelgeving voor het houden van dieren. In het Vogelhuis wordt bijvoorbeeld de constructie uit 1910 weer zichtbaar. Tegelijk worden de gebouwen aangepast aan de eisen van deze tijd. Zo worden bijvoorbeeld de bezoekerspaden verlegd om meer open ruimten voor de dieren te creëren. Verder worden er verschillende biosferen tot stand gebracht’.

Ervaringen

Ook voor deze ervaren restauratieaannemer, lid van de Vakgroep Restauratie en sinds twee en een half jaar erkend restauratiebedrijf, stelde de restauratieopdracht enkele bijzondere eisen. ‘Zo moeten’, vertelt Ad Langedijk, ‘de afrasteringen rond de bouwplaats transparant blijven om het publiek te laten zien wat hier gebeurt’. En hij wijst op de funderingsinstallaties, die maar net passen binnen het gebouw. De negentien meter lange heipalen worden in onderdelen de grond ingedraaid, vervolgens aan elkaar gelast en tot slot volgespoten met een groutmortel. Daarop wordt dan een constructievloer gelegd. ‘Om trillingen, en daardoor mogelijke schade aan de monumenten veroorzaakt door het heien met stalen buispalen, te voorkomen werken we met dit paalsysteem’ licht hij toe. ‘Terwijl dit gebeurt zijn we tot onze verrassing op een niet op de oorspronkelijke bouwtekeningen voorkomende fundering gestuit. Een onverwacht probleem. We onderzoeken nu de constructiemogelijkheid om veertig centimeter verderop een heipaal de grond in te draaien’. De restauratie doet een groot beroep op de aanwezige ervaringen en het vakmanschap binnen het nu ruim zeventig jaar oude bedrijf. Glas in lood ramen moeten worden schoongemaakt en waar nodig hersteld, beschadigde gebinten moeten worden aangeheeld en soms vervangen, de natuurstenen plinten worden in kleine onderdelen stuk voor stuk genummerd, verwijderd, bijgewerkt en teruggeplaatst. Het dak moet flink onder handen worden genomen, de vochthuishouding op orde worden gebracht en de vloer enkele meters verdiept ten behoeve van onder meer de geplande bomengroei. Aan de buitenzijde worden de gevels gereinigd met stoom op honderd graden Celcius, wat na onderzoek de beste aanpak bleek. ‘Waar we zelf geen kennis of kunde voor in huis hebben, zoals het glas-in-loodherstel’, aldus Langedijk, ‘weten we waar we die kunnen vinden. Ervaring hebben is ook dat je weet wanneer je elders expertise moet inhuren’.

Duurzaam materiaalgebruik

Een van de bijna cosmetische ingrepen is de kleine vergroting van de kozijnen, nodig om de ramen van dubbelglas te voorzien. ‘We halen de stenen weg, maken die schoon van cement en vuil en plaatsen ze op andere plekken terug’, licht Langedijk toe. ‘Zowel omdat diezelfde stenen nergens meer verkrijgbaar bleken, als omdat hierdoor op een duurzame wijze met het bouwmateriaal wordt omgegaan’. Bij het verlaten van het Vogelhuis wijst hij op een nauwelijks opvallende uitbouw vlak boven de vloer. Het is een constructie, die zorgt voor daglichttoetreding en ventilatie en van oudsher vaak voorkomt bij souterrains. Met de in de architectuur bekende naam die op deze plek, in dit gebouw, de meest natuurlijke is, die van ‘koekoek’.

Dit is het dertiende artikel in een serie waarin leden van de Vakgroep Restauratie, de branchevereniging van erkende restauratiebouwbedrijven, vertellen over bijzondere facetten van hun werk.

Deel dit bericht